Wat mij al een tijdje opvalt in de diverse artikelen die over hybride werken in de media alsmede hier op dit platform verschijnen, is dat het vaak nog steeds gaat over de doelstelling om mensen een bepaald percentage van hun tijd naar kantoor te laten komen.
Waarom is dat toch? Waarom nemen veel organisaties, media en adviseurs nog steeds het % dat we op kantoor werken als uitgangspunt in onze nieuwe manier van werken? Waarom stellen zij de locatie centraal?
Draait de werkelijke kern van hybride werken niet juist om wat er nodig is om ons werk, de sociale cohesie en (ver)binding onder de collega’s te ondersteunen? En dat we dan vervolgens bekijken wat hier qua plaats (kantoor/thuis/elders), virtueel (sociale platforms/communities/ICT) en vaardigheden (aanpassing in gedrag voor leidinggevenden en teams) voor nodig is?
En dan kan het best zo zijn dat onze kantoren hierin nog steeds een essentiële rol vervullen, maar het mensen verleiden/verplichten om maar naar kantoor te komen zal uiteindelijk niet het gewenste resultaat opleveren. Mensen zijn geen machines die, door het stellen van een minimum aan kantoortijd, op commando meer sociale interactie zullen hebben of meer binding met de organisatie krijgen. Kijk dan liever naar een nieuwe, hybride organisatiecultuur. En zie ‘nieuw’ hier dan niet als een revolutie van onze manier van werken, maar meer als een evolutie van hetgeen we eerder al begonnen zijn.
Zullen we dat vanaf nu dan met zijn allen afspreken? En wie straks dan toch weer het aantal dagen dat we op kantoor werken centraal stelt in onze manier van werken, die is af.